Beiaardiers herkennen deze ervaring meteen: Je klimt boven op een toren, bespeelt het carillon, daarbij werk je je 'uit de naad' en in het zweet. Na een uur kom je beneden: geen reacties, geen luisteraars, het leven gaat gewoon door. Conclusie: Ga je voor applaus dan moet je echt geen beiaardier worden.

Toch zijn er in Nederland in alle belangrijke plaatsen musici, vrouwen en mannen, die wekelijks, vaak tweemaal per week, 'hun' toren beklimmen om daar boven vol liefde en toewijding hun klokkenmuziek uit te strooien over het marktpubliek, het winkelend publiek, het terrasjespubliek. Neem nou Peter Bremer, ruim veertig jaar vaste beiaardier op de Barbaratoren van Culemborg. Wat beweegt deze muzikant? Waar haalt hij zijn inspiratie vandaan? Hoe kiest hij zijn repertoire en waarom juist dát repertoire? Wat is zijn muzikale achtergrond? En: Tovert hij, zonder het te kunnen zien, een glimlach van herkenning op de gezichten daar beneden?

Dagblad De Gelderlander wijdde een paar weken geleden een artikel aan hem dat dit soort vragen beantwoordt. Lezen? Klik op de link:

https://www.gelderlander.nl/culemborg/op-dinsdag-kun-je-in-culemborg-niet-om-deze-man-en-zijn-luide-klanken-heen-maar-je-ziet-m-nooit~a17d2a86/180711337/